Eind 18e begin 19e
eeuw, heerste er veel armoede in Nederland. Veel mensen trokken van het
platteland naar de stad om daar als los arbeider in de fabrieken te gaan
werken. Grote gezinnen, met vaak zeven kinderen of meer hokten daar samen in
één enkele ruimte van een paar vierkante meter. Een potkacheltje verwarmde de
ruimte waar ook de poepdoos stond en er was geen stromend water. Dat moest in
een emmer gehaald worden bij de water en vuur winkel.
Het leven was hard
voor de vrouwen die hun kinderen op deze manier groot moesten brengen, maar ook
voor de mannen, die hard moesten werken voor een hongerloontje. Om even aan de
ellendige omstandigheden te ontsnappen zochten ze hun heil in de alcohol. Kroegen
werden vaak gerund door fabriekseigenaren, zodat vaak een groot deel van het
loon op die manier weer terug vloeide naar de "bazen".Zowel in Christelijke
als in socialistische kring kwam men steeds meer tot het besef, dat dit zo niet
langer kon. Er kwamen steeds meer verenigingen en woningbouwverenigingen die
zich het lot van "de
arbeider" aantrokken.
Na de invoering van de
woningwet in 1901 kregen gemeenten toestemming om krotten op te ruimen en
daarvoor in de plaats nieuwe woningen met stromend water en een W.C. te bouwen.
Ook werd er veel aandacht besteed aan de "opvoeding" van de arbeider.
Zowel op het gebied van hygiëne als op de manier waarop de kinderen groot
gebracht werden. Maar men wilde ook, dat de arbeider in contact kwam met kunst
en cultuur. Het doel was, zoals dat toen zo mooi heette; "Verheffing van
den arbeider"
Om die reden, werden
er in die tijd architecten aangetrokken, die woningen bouwden die niet alleen
een goede woonplaats boden, maar er ook aantrekkelijk uitzagen en waarin
kunstzinnige elementen opgenomen waren.
Michel Leclerc, Joan van der Mey en Piet Kramer waren architecten die rond 1920 verantwoordelijk waren voor het bouwen van dit
soort woningen. Zij waren de grondleggers van de "Amsterdamse school"
en werkten samen met kunstenaars, zoals stadsbeeldhouwer Hildo Krop, waarvan we
het werk op veel Amsterdamse gebouwen en bruggen terug kunnen vinden.
Woningbouwverenigingen
gaven deze architecten opdrachten en vaak is er wel iets van de idealen van de
verschillende verenigingen in de bouw terug te vinden.
Zo was het de
socialistische woningbouwverenigingen een doorn in het oog, dat de stad
gedomineerd werd door kerktorens en om die reden werden er op hun woningen vaak
torens geplaatst.
Een mooi voorbeeld
daarvan is het woningcomplex "Het Schip". Het werd in 1919 door
Michel de Klerk gebouwd. Het is een gebouw waarin alle facetten van de
Amsterdams school terug te vinden zijn.
In het woningcomplex
is Museum Het Schip gevestigd. Je krijgt er een prachtig overzicht van de
Amsterdamse school, maar je kunt ook kennis maken met de woon en
leefomstandigheden eind 18e, begin 19e eeuw.
Het Schip
Je kunt de foto's in deze kolom vergroten door er op te klikken.
Je kunt de foto's in deze kolom vergroten door er op te klikken.
Telefooncel van het voormalige postkantoor dat in het complex gevestigd was.
Toentertijd moest je een telefoongesprek drie dagen van tevoren afspreken en degene met wie je wilde telefoneren van te voren een brief of telegram sturen. Als je de foto vergroot door hem aan te klikken, kun je zien, hoe alles tot in detail is afgewerkt. De witte knoppen in het glas in lood stellen de isolatoren voor waar de telefoondraden overheen liepen. Links is een klein vogeltje te zien, dat een luistervink voorstelt.
Men streefde naar openheid. Om die reden, werden plekken waar het publiek niet mocht komen zo uitgevoerd, dat je er doorheen kon kijken.
Een ander gebouw van Michel de Klerk
100 JAAR AMSTERDAMSE-SCHOOL
Aan sommige jubilea, wordt maar al te makkelijk voorbij gegaan. Zo zullen er maar weinig mensen bij stil staan, dat het vorig jaar precies honderd jaar geleden was, dat het eerste urinoir met overkapping werd geplaatst. Een doorbraak, met betrekking tot het plascomfort!
Architect Joan van der Mey, kreeg in 1916 opdracht van de Urinoircommissie (die bestond echt) om een pissoir met gesloten dak te ontwerpen.
Dit was maar een van de kleinere opdrachten die hij kreeg toen hij in dienst van Publieke Werken was. Belangrijker was zijn ontwerp voor het Scheepvaarthuis. Hier heeft de architect grotere bekendheid mee gekregen. Joan van der Mey wordt samen met Michel de Klerk en Piet Kramer, die ook aan het project deelnamen, beschouwd als een van de grondleggers van de Amsterdamse-School beweging.
De beeldhouwwerken werden verzorgd door stadsbeeldhouwer Hildo Krop.
De beeldhouwwerken werden verzorgd door stadsbeeldhouwer Hildo Krop.
Algemeen wordt aangenomen, dat met de oplevering van de eerste fase van het Scheepvaarthuis in 1916 het bouwen in Amsterdamse-school stijl een aanvang nam. Om die reden werd in 2006 het 100 Berlage Lyceum Jozef Israëlskade
bestaan van deze beweging gevier
Joodse Synagoge Jacob Obrechtplein
Joodse Synagoge Jacob Obrechtplein
Voormalig badhuis 1920 aan de Nieuwe Uilenburgerstraat. Thans muziekcentrum
bijzondere foto's hoor en dat allemaal in amsterdam
BeantwoordenVerwijderenPrachtige foto's, mooie impressie van de Amsterdamse School
BeantwoordenVerwijderen